alle werken
33 werken in Donemus catalogus
populaire werken
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Gemengd ensemble (2-12 spelers)
Bezetting:
pf vl vlc harm
Motetto “Herr unser Herrscher” : voor gemengd koor / Johannes Gijsbertus Bastiaans
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Gemengd koor
Koormuziek a capella / Johannes Gijsbertus Bastiaans
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Gemengd koor
nieuwste editie
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Gemengd koor en piano
componist
Bastiaans, Johannes Gijsbertus
Geboortedatum:
1812-10-31
Sterfdatum:
1875-02-16
Website:
Treasured Composer's Page
Johannes Gijsbertus Bastiaans is de eerste Nederlander die in het Leipzig van Felix Mendelssohn Bartholdy muziek studeert. Diens enthousiasme voor Johann Sebastian Bach neemt hij mee terug naar Nederland. Bastiaans staat dan ook aan de wieg van de nu nog bloeiende Nederlandse Bachbeweging. Hij weet dit enthousiasme in zijn orgelconcerten en in verschillende composities over te brengen. Hij zet zich in voor de verbetering van de kerkzang en bepleit herstel van de oude koraalmelodieën in hun oorspronkelijke vorm. Bastiaans publiceert diverse koraalbundels en componeert ook nieuwe melodieën, waarvan er negen in het 'Liedboek voor de Kerken' (1973) zijn opgenomen. De meeste van zijn overige composities - koorwerken, liederen, kamermuziek, pianomuziek en talrijke orgelwerken - blijven manuscript.
1812 - 1832
Johannes Gijsbertus Bastiaans wordt geboren op 31 oktober 1812 in Wilp dichtbij Deventer. Vanaf zijn tiende jaar krijgt hij muzieklessen van plaatselijke musici. Na de dood van zijn vader moet hij zelf in zijn levensonderhoud voorzien en wordt hij horlogemaker. Om zich in dat vak te bekwamen vestigt hij zich in 1832 in Rotterdam.
1832 - 1837
Bastiaans volgt harmonie- en contrapuntlessen bij Carl Ferdinand Hommert. Bij hem leert hij waarschijnlijk Bach's 'Das wohltemperierte Klavier' kennen. In 1836 vertrekt hij naar Dessau om verder te studeren bij Friedrich Schneider. Bastiaans wil zich behalve in de muziektheorie ook als organist ontwikkelen en gaat begin 1837 naar Leipzig, waar hij zich onder leiding van Carl Ferdinand Becker stelt. Behalve orgel studeert Bastiaans ook hymnologie en contrapunt. Felix Mendelssohn Bartholdy geeft hem compositieaanwijzingen. In het plaatselijke orkest Euterpe speelt Bastiaans contrabas.
1838 - 1850
In juni keert Bastiaans naar Nederland terug. In 1840 wordt hij benoemd tot organist van de Zuiderkerk in Amsterdam. Van 1841 tot 1858 speelt hij contrabas in het Amsterdamse beroepsorkest Caecilia. Van 1842 tot 1844 geeft hij ook zanglessen aan het Amsterdamse Blindeninstituut.
1850 - 1858
Johannes Gijsbertus Bastiaans richt in Amsterdam een Bachvereniging op. Hij begint een particuliere cursus muziektheorie die een jaar later met een orgelcursus wordt uitgebreid. Van 1853 tot 1856 is hij docent aan de Amsterdamse Toonkunstmuziekschool. Daarnaast geeft Bastiaans ook orgelconcerten.
1858
Bastiaans wordt aangesteld tot organist en klokkenist van de stad Haarlem. Daarmee wordt hij de vaste bespeler van het wereldberoemde Christian Müller-orgel (1738) van de Grote- of Sint Bavokerk.
1867 - 1875
In 1867 publiceert Bastiaans een harmonieleer gebaseerd op de ideeën van onder anderen Anton Friedrich Justus Thibaut en Moritz Hauptmann. Johannes Gijsbertus Bastiaans overlijdt op 16 februari 1875 in Haarlem.