Donemus Webwinkel — Beer, Anton de

Anton de Beer werd geboren op 27 oktober 1924 te Haarlem, waar hij overleed op 1 februari 2000.

Opleiding
Hij studeerde aan het Amsterdams Conservatorium piano bij Johannes Röntgen en Paul Frenckel, klavecimbel bij Richard Boer en compositie bij Ernest W. Mulder. Daarna studeerde hij piano bij Stevan Bergmann en koor en orkestdirectie bij Felix Hupka.

Activiteiten
In 1951 kwam Anton de Beer in contact met prof. A. Fokker. Hij voelde zich sterk tot de 31-toonsstemming aangetrokken en werd de vaste bespeler van het 31 toonsorgel in het Teyler Museum te Haarlem. Hij voerde speciaal voor dit orgel geschreven composities van o.a. Henk Badings, Hans Kox, Joel Mandelbaum, Alan Ridout en Ivan Wyschnegradsky voor het eerst uit. Daarnaast was hij koor- en orkestdirigent, o.a. tot 1992 bij het Haarlems Gemengd Koor. Van 1964 tot 1986 was hij chef algemene zaken bij de NOS. Tevens was hij voorzitter van de Stichting Huygens Fokker, die zich bezighoudt met de research en de bevordering van de microtonaliteit. Van 1971 tot 1984 was hij voorzitter van de muziekcommissie van de Arbeitsgemeinschaft Europäischer Chorverbände (AGEC). Hij was mede-initiatiefnemer van het Kirill Kondrasjin-dirigentenconcours van de NOS, het Franz Liszt Pianoconcours en het Internationale Muziekconcours Scheveningen.

Composities
Zelf schreef hij een Sonatine en een Kleine Suite voor 31-toonsorgel alsmede een tweedelige Methode voor 31-toonklavier. In 1970 werd een elektronisch, van toetsen voorzien instrument vervaardigd. Dit instrument, de Archifoon, werd op 1 november 1970 geïntroduceerd en Anton de Beer had voor die gelegenheid een Intrada 1 november 1970 geschreven, een kort demonstratiestuk waarin allerlei "grapjes" met bovenharmonischen en spiegelingen daarvan werden uitgehaald, en waarin vanzelfsprekend op de specialiteiten van de 31-toonsstemming, de vrijwel reine grote terts en harmonische septiem, extra de aandacht werd gevestigd. Voor de Archifoon schreef hij ook een aantal werken, zoals Speelmuziek I en II (1971 en 1975), sommige in combinatie met violen of zang. Ook componeerde hij werken voor koor.

Prijzen
Voor zijn verdienste op het gebied van de 31-toonsmuziek ontving hij in 1982 de Jos de Klerk-prijs.