gerelateerde werken
24 capriccio's voor viool solo
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Viool
Bezetting:
vl
Rito : musica per una coreografia immaginario, per orchestra / Wim Laman
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
2232 2221 3perc hp str(8.8.6.4.4.)
Fan it : for orchestra, (1973) / Jacques Bank
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
3333 3331 str(10.8.6.3.)
Tritogno : variaties voor amateur/jeugd- symfonieorkest, 1982 / Jurriaan Andriessen
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
4221 2210 timp perc hp/pf 1-2hp str(vl vc (cb ad lib.))
compositie
Spes patriae : sinfonietta voor klein symfonie-orkest, op. 62 / Marius Flothuis
Overige auteurs:
Flothuis, Marius
(Componist)
Bevat:
Allegro con spirito
Passacaglia con intermezzi (Andante tranquillo)
Allegro vivace e impetuoso
Toelichting:
Program note (Dutch): (Première: 17-1-1963 - Bergen - Nederlands Studenten Orkest o.l.v. Jan Brussen). De bestemming van het stuk legde mij een zekere beperking op ten aanzien van de bezetting en tijdsduur, voor het overige was ik geheel vrij. De bezetting is dubbel hout, twee hoorns, twee trompetten, pauken, slagwerk en strijkers. De titel 'Spes Patriae' leek mij zinrijk voor een stuk dat door studenten van onze universiteiten moet worden gespeeld.
In de drie delen ligt het accent telkens op een ander element van de muziek: in het eerste deel op de harmonie, in het tweede op de melodie, in het derde op het ritme - waarbij overigens op te merken is dat het melodische element ook in deel I en III allerminst verwaarloosd wordt.
Als ik van de drie delen een karakteristiek moet geven zou het deze zijn:
I: driftig - voortvarend;
II: naar binnen gekeerd;
III: uitgelaten.
Het eerste deel is vijfdelig (schematisch aan te duiden als a - b - a' - c - a''). Het intermezzo b geeft houtblazers gelegenheid tot solistische ontplooiing, c is voornamelijk aan de strijkers toevertrouwd.
Het tweede deel is een Passacaglia met twee intermezzi en is dus ook vijfdelig. De intermezzi zijn respectievelijk aan hout- en koperblazers toegewezen.
Wie goed tellen kan, zal opmerken dat het basis-thema van de Passacaglia een twaalftonen-melodie is. Er is verder geen reden tot ongerustheid: het tonale centrum van dit stuk is d, dat van I en III: es.
Het derde deel is driedelig. Het middenstuk staat in 10/8 maat (3 + 4 + 3), de omsluitende delen in 14/8 maat (3 + 4 + 4 + 3). - MARIUS FLOTHUIS