componist
Immanuel Klein werd op 11 januari 1960 in Rotterdam geboren.
Opleiding
Van 1979 tot 1987 studeerde hij cello bij Ubaldo Arcari, Marien van Staalen en Godfried Hoogeveen en compositie bij Theo Loevendie ...
gerelateerde werken
Iris : fragmenten voor cello en orkest, 1989 / Immanuel Klein
Genre:
Orkest
Subgenre:
Cello en orkest
Bezetting:
2332 4230 timp 2perc hp str(12.10.8.6.4.) vc-solo
Concerto no. 2 for violoncello and orchestra : An Odyssey, 1996-1997 / Hans Kox
Genre:
Orkest
Subgenre:
Cello en orkest
Bezetting:
2fl(pic) 2ob(ob-am) cl 2h trp perc str vc-solo
The Bell (4th Symphony) : for cello and orchestra / Victoria Vita Poleva
Genre:
Orkest
Subgenre:
Cello en orkest
Bezetting:
vc-solo picc fl2 ob2 ca cl2 cl-b fg2 fg-b h4 tp3 trb3 perc pf hrp cel vl2 vla vc db
Falsa / Ficta : for violoncello and orchestra, 1999 / Willem Jeths
Genre:
Orkest
Subgenre:
Cello en orkest
Bezetting:
2fl(pic) 2ob 2cl cl-b 2fg cfg 3h 2trp(trp-p) trb-t trb-b tb timp perc str vc-solo
compositie
Iris : fragmenten voor cello en orkest, 1989 / Immanuel Klein
Toelichting:
Program note (Dutch): Iris ontstond tijdens Kleins verblijf in West-Berlijn. De kleur van de iris - het regenboogvlies - is misschien wel de meest specifieke van het menselijk lichaam. Zich bevindend tussen het oogwit en het pupilzwart - en als drempel tussen buiten en binnen - doseert de iris díe bepaalde hoeveelheid licht die voor het netvlies als beeldontvangend "draaglijk" is. De lading - de inhoud van het stuk Iris - kan worden bezien als analogie van het hierboven omschreven diafragmeren.
Voor het componeren maakte Klein hoofdzakelijk gebruik van een harmonium, waardoor een werkwijze gevolgd kon worden die direkter van de klankkleur uitging en het instrumenteren tot een primaire, bijna natuurlijke handeling maakte.
"Bij bepaalde passages met liggende akkoorden kon ik - doordat met gewichtjes desgewenste toetsen ingedrukt worden gehouden - het harmonium be-trappend, bovendien op de cello spelend uitzoeken welke noot ik voor de volgende of na de voorafgaande wilde".
Iris is geen lineair gecomponeerd stuk. De ondertitel "fragmenten voor cello en orkest" verwijst naar een selektie die Klein heeft gemaakt uit een veelheid van minder of meer uitgewerkte motieven en invallen - tevoorschijn gejeukt door het "bevingeren" van harmonium en cello - die gedurende enkele maanden werden genoteerd en pas tegen het eind van het componeerproces hun definitieve, gevoelsmatig afgewogen plaats kregen.
Externe invloeden die tijdens het ontstaan van Iris een rol hebben gespeeld zijn met name György Ligeti's Konzert für Violoncello und Orchester (1960) en Henri Dutilleux' Tout un monde lointain... (1968-'70). - IMMANUEL KLEIN