gerelateerde werken
Muziek voor piano : 1981 / Peter Visser
	
			Genre: 
		
		Kamermuziek
	
			Subgenre: 
		
		Piano
	
			Bezetting: 
		
		pf
	
2 Liederen : voor midden stem met piano / Bernard Zweers, tekst: Hélène Swarth
	
			Genre: 
		
		Vocaal
	
			Subgenre: 
		
		Zangstem en piano
	
			Bezetting: 
		
		voice pf
	
Zwei Abendlieder : für eine mittlere Singstimme und Klavier / componirt von Jan van Gilse
	
			Genre: 
		
		Vocaal
	
			Subgenre: 
		
		Zangstem en piano
	
			Bezetting: 
		
		medium pf
	
	
			Genre: 
		
		Vocaal
	
			Subgenre: 
		
		Zangstem en piano
	
			Bezetting: 
		
		sopr-m/alt pf
	
compositie
				Galgenlieder : bariton, piano en slagwerk ad libitum, 1978 / tekst: Christian Morgenstern, muziek: Peter Visser
			
					
										Overige auteurs:
									
									
									Morgenstern, Christian
									(Tekstdichter/librettist)
								
							Visser, Peter
									(Componist)
								
							
							Bevat:
						
						
						Galgenbruders Lied
						Der Schaukelstuhl
						Der Nachtschelm und das Siebenschwein
						Fisches Nachtgesang
						Wer denn?
						K.M. 21
						Der Seufzer
						Der Werwolf
						
							Toelichting:
						
						
						Program note (Dutch): De originele programma's en non-conformistische muzikale instelling van het duo Joe Raphael en Ariane Karres brachten mij op het idee een cyclus liederen te componeren waarbij de bariton en de pianist nu eens niet braaf hun eigen instrument zouden gebruiken, maar van tijd tot tijd ook eenvoudige slaginstrumenten hanteren. Dit vergt uiteraard van de musici snel reageren en veel souplesse. De gekke teksten van Morgenstern (1871-1914), wellicht de eerste echte nonsens-dichter, leken mij voor deze opzet bijzonder geschikt. Evenals de eerder voor deze musici geschreven Paul van Ostaijen-liederen, is het een doorgecomponeerde cyclus met sterk thematische verwantschap tussen de liederen onderling. Ook de vleugel wordt van tijd tot tijd op een ongewone manier bespeeld, namelijk doordat de pianist of zanger met de hand of zelfs met een lineaal de snaren aantokkelt. Hoewel het nonsens-element sterk overheerst, heb ik toch ook getracht de andere zijde van Morgensterns poëzie te belichten.
Verborgen in de gedichten staan namelijk een paar verzen, die plotseling een zeer ernstige ondertoon hebben. Eén daarvan, Wer denn?, nam ik als centrum van deze cyclus; de muziek grijpt hier terug op een bijna Mahleriaans idioom. Verder wemelt het van welbewuste muzikale citaten. Om ze te ontdekken heeft men beslist geen insiders nodig; men zou aan een uitvoering een muzikale quiz voor het publiek kunnen koppelen... - PETER VISSER