gerelateerde werken
Resistance : for organ, opus 134, 1985, (rev. 1987) / Louis Toebosch
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Orgel
Bezetting:
org
Concerto : organo, orchestra da camera, 1977 / Marius Monnikendam
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orgel en orkest
Bezetting:
2111 2110 timp 2perc str(8.7.5.4.3.) org-solo
Concerto for organ and orchestra : 1992-1993 / Tristan Keuris
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orgel en orkest
Bezetting:
3332 4300 timp perc hp str org-solo
Haarlem concerto : for organ solo and orchestra, 2006 / Piet Kee
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orgel en orkest
Bezetting:
fl(pic) 2fl 2ob eh 2cl cl-b 2sax 2fg cfg 3h 3trp 3trb tb 4perc cel harm/synth/el keyb. 3cb org-solo
compositie
Concerto : for electric organ and orchestra, op. 125, 1982/83 / Louis Toebosch
Overige auteurs:
Toebosch, Louis
(Componist)
Bevat:
Allegro moderato
Variazione
Ritornello
Toelichting:
Program note (Dutch): (Première: 13-10-1983 - Stadhuishal, Hengelo - Ivo van Pluur met het Conservatorium-orkest van het Twents Conservatorium o.l.v. Taijori Limori). Om de vele klankkleur-mogelijkheden van het elektronisch orgel - teneinde iedere vergelijking met het pijporgel bij voorbaat uit te sluiten - zo goed mogelijk tot zijn recht te laten komen, werd grotendeels in dialoogvorm geschreven. In het eerste deel neemt het solo-instrument duidelijk het initiatief met een driemaal stijgend melodisch motief, gevolgd door een fragment waarin de component ritmiek primair is. Deze twee gedachten worden door het orkest deels herhaald of nog verder uitgewerkt, uiteraard in samenspraak met de solist. Het tweede gedeelte - Lento - is geheel gebaseerd op een basso ostinato die door de strijkers pizzicato wordt gespeeld met omspeling door de fagotten. Die grondmelodie bestaat uit een twaalftoonreeks plus de herhaling van de eerste vijf tonen, verdeeld over vier maten voorzin en vier maten nazin. Het uiterlijk
aspect van een Passacaglia is ruimschoots aanwezig, maar omdat de twaalftoonreeks onverstoorbaar blijft doorlopen, vallen begin en einde van die reeks niet altijd samen met de lengte van de verschillende variaties. Het derde deel - Ritornello - heeft veel overeenkomst met een Rondo. Er is een steeds terugkerend hoofdthema en er zijn coupletten. Afwijkend is een uitgeschreven cadens voor het solo-instrument midden in dit laatste deel. - LOUIS TOEBOSCH