gerelateerde werken
The world : for baritone and pianoforte, 1952 / Jaap Geraedts
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en piano
Bezetting:
bar pf
Cyclophonie X : voor gemengd koor en strijkers, 1975 / teksten: Hans Kox, Hans Kox
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Gemengd koor en orkest
Bezetting:
GK4 str
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Gemengd koor en orkest
Bezetting:
sopr-m ten bar JoK GK4 pic fl fl(pic) 2ob eh 2cl cl-b 2fg cfg 4h trp-p 2trp 2trb trb-b tb timp 3perc 2hp pf 2acc str
Etoile de la Mer : pour choeur et orchestre / Marijn Simons
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Gemengd koor en orkest
Bezetting:
GK4 2picc fl 2ob eh 2cl 3fg cfg 4h 2tpt-picc 3tpt 2trb-ten trb-b tb timp 4perc 2hp pf str
compositie
De graaf van weet-ik-veel : monstruofonische ballade, voor gemengd koor, sopraan-solo, alt-solo, bas-solo, benevens een solo voor grote mandfles, alias "blaasbol" (Schevenings), alias "Dame-Jeanne", alias "Wicker-bottle", en orkest, (1956) / [tekst:] (A.M.G. Schmidt), Jaap Geraedts
Overige auteurs:
Schmidt, Annie M.G.
(Tekstdichter/librettist)
Geraedts, Jaap
(Componist)
Toelichting:
Program note (Dutch): In 1957 vroeg Hans Brandts Buys, de toenmalige dirigent van het Utrechts Studentenkoor en orkest (U.S.K.O.) Jaap Geraedts om een humoristische compositie voor zijn studenten. Deze koos als tekst de nonsensikale ballade van 'De Graaf van Weet-ik-veel' van Annie M. G. Schmidt, waarin verteld wordt van de kasteelheer van Umperadeel die omringd is van adders, slangen, uilen, padden, vam- en andere pieren, en een vurige draak, wier gekrijs en gesis aanleiding geven tot allerlei grappige klankbeelden. Naast het koor en de solo-stemmen gebruikte Geraedts drie fluiten, hobo, twee klarinetten, fagot, twee hoorns, trompet, piano, slagwerk, strijkers, alsmede een mandfles, waaraan (als 'fiasco solo') een mysterieus geluid ontlokt wordt op het moment waarop de draak ten tonele verschijnt. Het aardige van deze 'monstruofonische ballade' is, dat alle humoristische effecten strikt in het muzikale vlak liggen. Er wordt een beetje de draak gestoken met de 'klangliche' vernieuwingen, welke via
elektronische en radiofonische middelen omstreeks 1950 hun intrede deden in de moderne muziek. - JAAP GERAEDTS