componist
Herman Strategier wordt op 10 augustus 1912 in Arnhem geboren. Zijn vader is
manufacturier en daarnaast als organist verbonden aan de St.-Walburgiskerk
alsmede recensent bij een van de plaatselijke dagbladen. Bijna automatisch
betekent ...
gerelateerde werken
Partita argentea / Herman Strategier
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en instrument(en); Vocaal ensemble (2-12) en instrument(en)
Bezetting:
medium (1 or more voices) fl fl/ob pf4h vl vc
Primavera : a spring concerto, for piano and orchestra, 1979 / Walter Hekster
Genre:
Orkest
Subgenre:
Piano en orkest
Bezetting:
2122 2221 3perc str pf-solo
In the Kitschen : concerto for piano and symphony orchestra / Chiel Meijering
Genre:
Orkest
Subgenre:
Piano en orkest
Bezetting:
2 fl 2 ob 2 cl in Bb, 2 bsn, 4 fr. horns, 2 trp in C 2 trombones, 1 tuba, 2 slagwerkers, piano, vl1, vl2 vla, vlc, cb
Concert : voor piano en orkest / Henk van der Vliet
Genre:
Orkest
Subgenre:
Piano en orkest
Bezetting:
pf-solo 2fl ob eh 2cl 2fg 2h 2trp timp perc str
compositie
Concerto : voor piano en orkest / Herman Strategier
Bevat:
Allegro
Allegretto gracioso
Allegro energico
Toelichting:
Program note (Dutch): In het eerste deel, dat de hoofdvorm heeft, wordt het melodieuze eerste deel na enkele cadensachtige inleidingsmaten voor pianosolo, ingezet door Engelse hoorn en fagot, waarna de piano het overneemt. Een capricieus neventhema vormt de overgang naar het koraalachtige 2e thema dat alternerend door het koper en de piano wordt gespeeld. Het rhythmisch gewijzigde hoofdthema gevolgd door het neventhema, sluit de expositie af. De ontwikkeling begint met een rhythmisch motief in de kleine trom, dat in het verdere verloop een grote rol speelt. De ontwikkeling sluit af met een korte cadens voor piano-solo. De reprise is gelijk aan de expositie, alleen anders georkestreerd. De coda brengt een combinatie van het hoofdthema (orkest) en het capricieuze neventhema (piano). Het tweede deel biedt de uitgebreide driedelige lievorm. Drie motieven, in speelse afwisseling gebruikt, vormen het materiaal van de eerste zin. Het zangrijke middenstuk begint in de strijkers. De derde zin is dan een
gewijzigde herhaling van de eerste zin. Deel III heeft een vrije rondovorm volgens dit schema: A-B-C-A-D-E-A-B-A. In dit deel komen herinneringen aan de thematiek van het eerste deel voor. Van meer belang dan de opsomming van deze technische bijzonderheden, is het misschien te weten dat de auteur heeft getracht in dit werk plezierige muziek te schrijven, plezierig om te spelen, maar ook plezierig (hoopt hij) om te horen. Deel I werd, evenals deel III, gecomponeerd vanuit a mineur; deel II vanuit e mineur. - HERMAN STRATEGIER