gerelateerde werken
Inzet : for carillon, 1994/1995 / Ron Ford
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Beiaard
Bezetting:
car
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en groot ensemble
Bezetting:
sopr fl ob eh cl cl-b 2fg 2h perc hp 2vl vla vc cb
π = 3,14 : for alto solo and chamber orchestra / Julia Tsenova
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en groot ensemble
Bezetting:
ob fg h timp perc pf 2vln vla vc db
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en groot ensemble
Bezetting:
sopr-m cemb 7vl 2vla 2vc cb
compositie
Inferno, I, 32 : for trio, ensemble and percussion, 1992 / text: Dante Alighieri, Jorge Luis Borges, Ron Ford
Overige auteurs:
Borges, Jorge Luis
(Tekstdichter/librettist)
Dante Alighieri
(Tekstdichter/librettist)
Ford, Ron
(Componist)
Toelichting:
Program note (Dutch): (Première: 6 december 1993 - Den Haag - Manon Heyne, Schönberg Ensemble o.l.v. Reinbert de Leeuw).
Inferno, I, 32 is zowel de titel van een parabel van Jorge Luis Borges als een verwijzing naar de dichtregel van Dante die het onderwerp van Borges' parabel is. De compositie Inferno, I, 32 is een zowel vocale als instrumentale vertelling van het verhaal, van Borges. Ik gebruik met opzet het woord 'vertelling', want dat is wat het stuk beoogt te zijn. Ik heb naar een muzikaal equivalent gezocht van de klassieke vertelsituatie, waarin de verteller met zijn specifieke concentratie en gevoel voor timing de illusie wekt dat zijn verhaal ter plekke ontstaat. Om eenzelfde soort spanning te creëren, heb ik Inferno, I, 32 opgebouwd uit verschillende muzikale lagen, die elk hun eigen en bovendien per uitvoering verschillende concentratie en timing hebben. In dit 'verhaal' zingt de sopraan haar partij, gevangen tussen staccato-akkoorden van het ensemble.
De eerste laag wordt vertegenwoordigd door een vocale groep, bestaande uit sopraan, altviool en bandoneon (een Argentijns type accordeon, dat uitsluitend met behulp van melodieknoppen wordt bespeeld). De sopraan vertelt zingend het verhaal van Borges. Dit verhaal bestaat uit twee gedeelten: het eerste gaat over een luipaard in gevangenschap, het tweede over Dante in het einde van zijn leven.
De tweede laag wordt gevormd door een tutti-groep, bestaande uit dertien spelers. Het (instrumentale) verhaal dat hierin wordt verteld vertoont zekere parallellen met dat van de vocale groep, maar het muzikale materiaal krijgt een autonome behandeling.
De derde laag, die niet continu is, wordt door de slagwerker vertegenwoordigd. Hij benadrukt de tweedeligheid van het verhaal door alleen te spelen bij de woorden '... for the machinery of the world is much too complex ...' Deze woorden vormen het begin van de slotzin van zowel het eerste als het tweede gedeelte. Trio en ensemble spelen in verschillende tempi, hebben hun eigen tijdsgevoel en kennen beide momenten waarop de timing variabel is. Het gevolg hiervan is dat beide lagen ten opzichte van elkaar kunnen verschuiven. Dit levert niet alleen een bijzondere spanning op maar bovendien tijdens elke uitvoering een andere vertelling van hetzelfde verhaal. - RON FORD