componist
Joey Roukens was born in Schiedam, the Netherlands, in 1982.
Education: Roukens studied composition at the Rotterdam Conservatory and psychology at Leiden University. Roukens also studied piano privately with Ton Hartsuiker.
Compositions: ...
gerelateerde werken
24 capriccio's voor viool solo
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Viool
Bezetting:
vl
O Rosa Bella : for winds, brass, low strings and percussion / Lewis Nielson
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
2fl 2cl(cl-b) fg 2tpt trb-b 3perc str
Mühldorfer Serenade : für Orchester, -1971-, Op. 61 / Jan Koetsier
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
1121 2230 timp perc (hp ad lib.) str
Décorations et décomposition : grand orchestre symphonique / Jan van Dijk
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
5(-3)4(-2)5(-3)5(-3) 8(-4)441 8perc cel pf4h/2pf org/ham.org str(30.10.12.6.)
compositie
Titaantjes : Symfonische schets, voor orkest / Joey Roukens
Toelichting:
[Première: 22 mei 1999 - Gemeentebibliotheek, Rotterdam - VU-Orkest o.l.v. Daan Admiraal (Hans Koolmees Festival)] - Titaantjes is een symfonisch schets voor orkest, bestaande uit drie in elkaar overvloeiende delen. De titel verwijst naar het boek Titaantjes van Nescio: zoals in dat boek de hoofdpersoon terugdenkt aan zijn jeugd, zo beelden de drie delen van dit werk ook allemaal jeugdherinneringen van mij uit. Het is dus geen toonzetting van het verhaal van Nescio. In de introductie stel ik mezelf voor: de leidraad wordt gevormd door een uit vier tonen bestaand motief dat in het gehele stuk steeds terugkomt. Er zijn veel Aziatische klanken te horen en op een gegeven moment klinkt er een vrolijke mars in het koper - een waarschuwing: de Titaantjes komen eraan. Een plotselinge eruptie in het tutti maakt een einde aan de introductie. In het eerste deel - Avonturen in de drukke binnenstad - worden allerlei avonturen uitgebeeld die ik als kind met mijn vriendjes in de stad beleefde,
van kattekwaad en sluwe streken tot onschuldige spelletjes op de speelplaats. Het deel begint heel gejaagd, met akkoordjes in het koper en een onophoudelijk stormende pianopartij. Het tweede thema daarentegen is onschuldiger en speelser. Het tweede deel is een nocturne - Avondwandeling - en geeft een wandeling weer die ik ooit op een schoolkamp maakte laat in de avond, over velden en door bossen. Een zoete, bijna romantische melodie, die voor het eerst klinkt in de hobo's met harpbegeleiding, staat centraal in dit deel, maar deze melodie bevindt zich achter 'modern glas': dissonerende noten proberen de lyrische melodie te verstoren en uiteindelijk beginnen de moderne noten steeds meer te overheersen. Het laatste deel is een lichtvoetige en vrolijke fuga - Feestelijke bijeenkomst in de buurt - die een van de grote buurtfeesten van mijn omgeving uitbeeldt. De vijf stemmen van de fuga liggen voornamelijk in het slagwerk (3 xylofoons en 2 marimba's). Halverwege de fuga is een kleine collage te horen waarin een twaalftal citaten uit bekende stukken verwerkt is (zoals bij een feest ook allerlei geluiden en muziekjes door elkaar te horen zijn): o.a. de Sacre van Stravinsky, Für Elise, Vader Jacob, Mahlers Titan-symfonie (erg toepasselijk), Bartóks Concert voor orkest en zelfs de Beatles (Strawberry Fields). Tegelijkertijd speelt de piano er ook nog eens een ragtime doorheen. De fuga blijkt uiteindelijk de begeleiding te zijn voor het speelse thema uit het eerste deel, dat nu in C-groot in het hele orkest feestelijk terugkeert. Het afsluitende, eenzame Coda roept weer het motief uit het intro op en zo eindigt het geheel zoals het ook begonnen is. - JOEY ROUKENS