componist

Boerman, Jan

Jan Boerman (1923-2020), een van de Nederlandse elektronica-pioniers, geldt als een grootmeester op het gebied van 'pure' elektronische muziek. Het overgrote deel van zijn oeuvre bestaat uit muziek waarvan de ...

gerelateerde werken

Scherzo voor 2 piano's : 1993 / Jan Boerman

Genre: Kamermuziek
Subgenre: Piano
Bezetting: 2pf

Kompositie 1979 : electronic music, 1979 (score 1995/1996) / Jan Boerman

Genre: Kamermuziek
Subgenre: Elektronische muziek
Bezetting: tape

Dialogues for Man and Machine : 1958 / Henk Badings

Genre: Kamermuziek
Subgenre: Elektronische muziek
Bezetting: tape

Discours : 1974-1976 / Victor Wentink

Genre: Kamermuziek
Subgenre: Elektronische muziek

 

compositie

Ruïne : (1997) / Jan Boerman

Uitgever: Amsterdam: MuziekGroep Nederland / NEAR, 1998
Uitgavenummer: 11127
Genre: Kamermuziek
Subgenre: Elektronische muziek
Bezetting: soundtrack
Bijzonderheden: Elektronische muziek. - Met financiële steun van het Fonds voor de Scheppende Toonkunst. - Tijdsduur: 16'13''
Tijdsduur: 16'00"
Compositiejaar: 1997
Status: nog niet gedigitaliseerd (verwachte levertijd 14 dagen)

Toelichting:
Program note (Dutch): (Première: 22-3-1998 - De Doelen, Rotterdam). Tweesporenversie op cd CV-NEAR 8. De zessporenversie is bij Donemus te huur op ADAT of in data-formaat op cd-r.
Voor de compositie Ruïne heb ik vrijwel geen nieuwe, speciaal voor dit stuk bedoelde geluiden gemaakt. Ruïne is eigenlijk een terugblik op eerder gevonden klanken en vormen. Zo zijn in het stuk oude opnames van treinen en geluiden van vroegere composities zoals Alliage (1960) verwerkt. Belangrijker voor het werk is echter een groep geluiden die is ontstaan bij experimenten voor Weerstand en Ontketening I (...). Ruïne I staat in een 'lijst.' Deze lijst wordt hoorbaar in een lange bewegende klokachtige klank, waardoor je, als door een poort, het stuk binnen komt en ook weer verlaat. In het eerste lange fragment wordt belangrijk materiaal geëxposeerd: hoge en lage slagklanken, ruistoongolven, ruisroffels, flageoletachtige klanken en een aantal van een aambeeld afkomstige 'klinkslagen.' Het fragment komt tot stilstand met geluiden van treinen in de verte. Na deze inleiding wordt het verdere verloop van Ruïne bepaald door vier crescendo's; langere fragmenten waarin niet alleen de klanksterkte, maar ook de scherpte van de klankkleur, de omvang van de ligging en de dichtheid van de gebeurtenissen toenemen. De klokbeweging van het begin markeert het slot van het stuk. Er volgen nog enkele ruisroffels, als wegvluchtende nachtvogels. - JAN BOERMAN

Interesse
Heeft u interesse om dit werk aan te schaffen? Laat ons dit dan vrijblijvend weten zodat we dit werken met voorrang kunnen digitaliseren.
Naam
E-mail