gerelateerde werken
Fusion à six : symphonic music for string quartet, bass clarinet and piano, 1980 / Joep Straesser
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Blaas en strijk en toetsinstrument(en)
Bezetting:
cl-b 2vl vla vc pf
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Andere combinaties van strijkinstrumenten
Bezetting:
vl vla vc cb
In the circumference of my solitude : for viola and double bass (scordatura), 1993 / Vanessa Lann
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Andere combinaties van strijkinstrumenten
Bezetting:
vla cb
Vorst : twee stukken voor strijksextet, 1987, revisie 1989 / Tom Riedstra
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Andere combinaties van strijkinstrumenten
Bezetting:
2vl 2vla 2vc
compositie
Duplum : 1977 / version for violin and violoncello (1985), Joep Straesser
Overige auteurs:
Straesser, Joep
(Componist)
Toelichting:
Program note (Dutch): De muzikale inhoud van Duplum zou men kunnen vergelijken met een verhaal over twee personen die zoeken naar een vorm van 'living together' die hen het meest bevalt. Het werk bestaat uit vier secties waarin beide partners proberen een zo volledig mogelijke overeenstemming te bereiken. De ogenblikken dat deze bereikt is, worden muzikaal gesymboliseerd door het interval 'reine kwint' dat in het verder atonale milieu een 'magische' werking uitoefent. Gebrek aan overeenstemming wordt gerealiseerd door een 'voor-zichzelf-weg-spelen' zonder dat er veel rekening wordt gehouden met de ander.
De eerste sectie begint met een redelijke mate van overeenstemming, hetgeen na 5 maten al een reine kwint oplevert (a - e''). Daarna raken de partners verder van elkaar verwijderd. Nog één keer ontstaat, quasi toevallig, een reine kwint (cis' - gis'); daarna ontwikkelt de cello een nieuw initiatief als inleiding tot de tweede sectie. Deze begint met een grote overeenstemming tussen beide partners. Ritmisch een snelle, gelijke beweging, in de samenklank en tertsen en sexten, maar de reine kwint blijft uit, ook nadat nieuw materiaal is geïntroduceerd. Dan ontstaat, onverwachts, de reine kwint twee keer kort na elkaar (c'' - g'') en (b' - fis'') en een nieuwe mogelijkheid doemt op: de echte dialoog! De derde sectie begint dan ook met een 'open' dialoog met vele reine kwinten - de mate van overeenstemming is groot - en toch blijkt ook dit niet de juiste weg te zijn; de muziek deformeert, reine kwinten verdwijnen, overmatige kwarten nemen toe! Nog even lijkt er overeenstemming bereikt te
worden, maar dit mislukt; de cello neemt voor de tweede keer het initiatief (vierde sectie) en start met een turbulente solo, waarin geleidelijk aan 'zijn' reine kwinten (losse snaren C ' G ' d - a) steeds duidelijker doorklinken. Vanaf een bepaald moment mag de blokfluit (viool) inzetten - het punt is verschuifbaar, aleatoriek! - met een geheel 'vrije' melodie waarin ook reine kwinten aanwezig zijn (g - d - a - e) en juist nu de persoonlijke vrijheid van beiden het grootst is, is de overeenstemming tussen hen maximaal. Elkaar toespelend verdwijnen zij in het zonnige landschap. - JOEP STRAESSER