gerelateerde werken
Aves : symfonie no. 4, voor 3-stemmig gemengd koor en orkest / door Jurriaan Andriessen
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Gemengd koor en orkest
Bezetting:
GK3 3222 4330 timp perc hp str
Naima suite : for orchestra, 1986 / Theo Loevendie
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
pic 2fl 2ob eh 2cl cl(cl-b) sax-a 2 fg cfg 4h 2trp 2trp(pic) tb timp 3perc hp pf(cel) str
Capriccio et choral : voor symfonieorkest, 1992 / Piet Kingma
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
3222 2220 timp 2perc str
Sinfonietta concertante : voor amateur-orkest, (1973) / Kees de Wijs
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
2220 0200 timp perc pf str(vl vla vc)
compositie
Inno della tecnica : introduzione e scherzo, per orchestra / di Jurriaan Andriessen
Overige auteurs:
Andriessen, Jurriaan
(Componist)
Toelichting:
Program note (Dutch): (Première: 19-9-1957 - Het Brabants Orkest). Reeds bij het aanvaarden van de opdracht tot het schrijven van een compositie voor de opening van de Technische Hogeschool in Eindhoven gingen mijn gedachten uit naar een Hymne aan de Techniek. Een hymne echter heeft een plechtstatig karakter en de techniek is een té dynamische aangelegenheid om haar lof in een plechtig muziekstuk te bezingen. Daarom wordt het hoofddeel van deze Inno della Tecnica gevormd door een Scherzo met een stuwend en beweeglijk ritme.
Maar zoals bij alle wetenschappen raakt ook het technisch onderzoek steeds die begrenzing waar het menselijk vernuft geen oplossing vinden kan en het 'mysterie' begint, dat men in hypothesen, die steeds weer nieuwe definities behoeven, tracht te benaderen. Zo wordt het reële, naar een oplossing en climax groeiende Scherzo voorafgegaan door een Introductie-Adagio, gebouwd op één enkel thema waarvan het hoofdmotief bestaat uit een dalende verminderde kwint. Fragmenten van thema's, die in het Scherzo een rol spelen, flitsen voorbij; climax en anticlimax wisselen elkaar af, maar uiteindelijk, groeit uit de veelheid van motieven een nieuw thema: het hoofdthema van het Scherzo. De inleiding gaat zonder onderbreking over in het Scherzo dat de volgende vorm heeft: A-B-C-B-A, waarbij het C-gedeelte de plaats inneemt van het Trio. Ook het eerste thema van het Scherzo begint met de dalende verminderde kwintinterval die het Adagio-thema kenmerkt. Na een korte overgang, afwisselend forte-piano,
zetten de hoorns met een scherp getekend ritme het tweede thema in, dat met ondersteuning van de kwintinterval, leidt naar een felle climax, waarin de trompetten ff het Trio aankondigen. Na het bewogen Scherzo vormt het Trio een groot contrast. Het thema wordt, piano dolce e delicato, gespeeld door de eerste violen, terwijl fluiten en jeu de timbres het met snelle staccato-figuren omspelen. Dit Trio-thema wordt op velerlei wijzen doorgewerkt en wanneer het tenslotte belandt in een polyfonisch stemmenweefsel van de houtblazers horen wij in de strijkers reeds de reprise van het ritmisch hoornmotief, en het tweede thema keert nu enigszins gewijzigd, terug. Na een korte aanhaling uit het Adagio zet het Scherzo-hoofdthema weer in en ditmaal gaat de forte-piano-tussenzin over in het Coda dat met een climax het werk besluit. - JURRIAAN ANDRIESSEN