gerelateerde werken
Pas de deux : opus 56, for clarinet-percussion duo, 1986 / Jo van den Booren
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Gemengd ensemble (2-12 spelers)
Bezetting:
cl(cl-b) perc
Hexameron : 'Phagocitosis' : for orchestra / Jan Vriend
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
pic(fl) fl(pic) ob eh cl cl-b fg cfg 4h 2trp 2trb trb-b tb 3perc 4timp hp str
Apertures : for orchestra / Einar Torfi Einarsson
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
2fl(pic) fl ob(eh) cl cl-b cl-cb 2fg cfg 4h trp 2trb tb timp 3perc cel hp pf str
Ouverture : pour orchestre / Étienne Nicolas Méhul
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
2fl 2ob 2cl 2fg 4h 2trp trb timp str
compositie
Passage : opus 65, for orchestra, 1987 / Jo van den Booren
Overige auteurs:
Booren, Jo van den
(Componist)
Toelichting:
Program note (Dutch): (Première: 17-3-1988 - Het Brabants Orkest). 'Passage' ontstond in de zomer van 1987 tijdens een vakantie in Zwitserland en Oostenrijk. Veel bergwandelingen zouden onbewust kunnen hebben bijgedragen tot deze compositie, die de eerste vormt uit een cyclus van drie stukken, waarvan inmiddels ook het derde voltooid is: 'Rocailleux' ('rotsig'). Het woord 'passage', gebruikt in de betekenis van 'doorgang', verwijst tevens naar het begrip 'passacaglia'.
Van groot belang is de vrijwel voortdurend aanwezige baslijn, waarboven zich variërende melodische lijnen bewegen. Wat het notenmateriaal betreft zijn deze gebaseerd op: a) toonladders (modi), b) reeksen van 8 tot 10 tonen gebaseerd op deze toonladders, c) vrije tonen. Er zijn twee uitgangspunten: A) De melodische lijnen zijn gebonden aan vaste ritmische modellen, terwijl de tonen kunnen variëren. B)Het omgekeerde van A. Deze formules A en B treden na elkaar op, maar ook tegelijkertijd. In mijn vroegere werk benutte ik vaak twaalftoons- en reeksentechnieken. In 'Passage' , een logisch vervolg op mijn twee symfonieën en 'La Passion de Jeanne d'Arc' , streef ik meer naar de herwaardering van consonantie. De instrumentatie is incidenteel zodanig dat een instrument, of twee gelijke instrumenten, een solistische rol spelen. Bij voorbeeld twee klarinetten met het orkest als decor. Het tempo is overwegend 'gaand', andante, wat inherent is aan een passacaglia. De maatsoorten zijn zeer
wisselend en veelal oneven. - JO VAN DEN BOOREN