gerelateerde werken

La caduta : for tenor, bass baritone and soundtracks, 1990 / text by Bert Schierbeek, Ton Bruynèl

Genre: Vocaal
Subgenre: Vocaal ensemble (2-12); Zangstem(men) en multimedia met of zonder instrument(en)
Bezetting: ten bas-bar soundtracks

Twee dansen : voor amateur symfonie orkest of schoolorkest / Piet Kingma

Genre: Orkest
Subgenre: Orkest
Bezetting: 3221 2200 timp perc str

Comfort : for orchestra, 2001, revision 2002 / Peter Adriaansz

Genre: Orkest
Subgenre: Orkest
Bezetting: 4454 4451 timp 6perc pf str(16.14.12.12.8.)

Triple Concerto (Des-dur) : for violin, violoncello, piano and symphony orchestra / Maxim Shalygin

Genre: Orkest
Subgenre: Orkest
Bezetting: vl-solo vlc-solo pf-solo 2fl(picc) 2ob 2cl 2fg 4h 3trp 3trb tb timp perc hp str

 

compositie

Phases : for four soundtracks and orchestra / visualized by Tolis Panagopoulos, Ton Bruynèl

Uitgever: Amsterdam: Donemus, cop. 1974
Uitgavenummer: 03912
Genre: Orkest
Subgenre: Orkest; Orkest met multimedia
Bezetting: 2332 4331 timp perc pf str tape
Bijzonderheden: Jaar van comp.: 1974. - Tijdsduur: 18'
Tijdsduur: 13'00"
Status: nog niet gedigitaliseerd (verwachte levertijd 14 dagen)

Overige auteurs:
Bruynèl, Ton (Componist)
Toelichting:
Program note (Dutch): Het is een symfonisch werk dat uit 2 delen bestaat. De uitvoering geschiedt door middel van luidsprekergroepen die voor de ruimtelijke weergave van de klanksporen in een kader staan opgesteld. Het orkest in de gebruikelijke bezetting achter de luidsprekers 1 en 2 vooraan. De klanksporen worden in de titel het eerst genoemd omdat zij de belangrijkste muzikale beweging verklanken. De gekleurde ruisen zijn de basisklanken. Het orkest speelt de tonen, de contouren uit de massa. Evenals bij veel voorgaande composities is ruis als oervormeloosheid van het geluid gekozen als het dichtste cluster waarbinnen, evenals bij het licht, het spectrum van alle voor ons hoorbare tonen ligt. Het zonlicht door een regenbui laat ons even de belangrijkste kleuren zien. Het geluid van de branding van de zee en de storm, ruimtelijk, imponeert ons. De goal in een vol stadion treft pas echt doel. Toch zijn bij iedere enthousiaste menselijke kreet afzonderlijk tonen hoorbaar, maar opgenomen in de massa:
'ruis'. De karakteristieke aantrekkingskracht van luisteren en meedoen in een zingende massa veroorzaakt interferenties en gekleurde (tonale) ruis. Ook zichtbaar bij de opstelling van onze orkesten is daarbij de gekleurde ruisvoorkeur ingebouwd. De strijkstokken met haar en met hars ingewreven, geven met microverschillen bij een groot aantal tegelijk spelende violen, altviolen, celli en bassen een ruisachtig klankgordijn vooraan. Het hout, koper en slagwerk erachter en daarachter bij oratorium opnieuw een gigantisch ruiskleur van stemmen. Bij Phases neemt de quadrafonische opstelling en ruimte een belangrijke plaats in. Het antifoneren en het verplaatsen van de klanken door de ruimte geven een massale beweging die de ruimte zelf tot instrument maakt. De vorm bestaat dan ook uit inkrimping en uitzetting van continuklanken. Het eerste deel is een introductie, gericht op het binnengaan van strijkersgeruis. Elektronisch gerealiseerd, ontstaat er een ruiskleur waarin strijkinstrumenten en
de houtblazersgroep enkele grondtonen en harmonische accentueren. Dit korte deel geeft een versmelting, het begin van de idee in klank: Phases. In het tweede deel krijgen alle groepen uit het orkest (strijkers, houtblazers, koper, slagwerk) afzonderlijk en overgaand in elkaar deze symfonische gedachte te vertolken. Het instrumentaal accent van het orkest ligt dus bij de tonen waarbij zoveel mogelijk intonatie en figuratie is vermeden om, wie luistert, de klankkleur vrij te laten van instrumentale gewoonten en gebruiken. Phases klinkt uit in een tutti van grote klankvelden. In een diminuendo maakt zich één grondakkoord los naar de stilte. - TON BRUYNÈL

Interesse
Heeft u interesse om dit werk aan te schaffen? Laat ons dit dan vrijblijvend weten zodat we dit werken met voorrang kunnen digitaliseren.
Naam
E-mail