gerelateerde werken
Canti carnascialeschi : per coro da camera a cappella / Robert Heppener
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Gemengd koor
Bezetting:
GK4
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
(1)100 1000 hp org str
Quattro danze : per orchestra / di Jurriaan Andriessen
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
2222 4330 timp perc str
Variaties voor orkest : op een Terschellinger minnelied / Max Vredenburg
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
2220 0100 str
compositie
Symphonie / Robert Heppener
Overige auteurs:
Heppener, Robert
(Componist)
Toelichting:
Program note (Dutch): (Première: 20-11-1957 - Amsterdam - Concertgebouworkest o.l.v. Bernard Haitink). Deze eendelige symfonie bestaat weliswaar uit verschillende onderdelen (merkbaar aan de afwisseling der tempo-aanduidingen), doch de grondgedachte van dit werk is om, beginnende vanuit één gegeven, als het ware een boog te beschrijven die - zonder onderbroken te worden - uiteindelijk weer, na vele veranderingen te hebben doorgemaakt, op zijn uitgangspunt terugkomt. Hoewel mij later bleek dat de melodische gegevens sterk aan elkaar verwant zijn, heeft het niet in mijn bedoeling gelegen om 'vanuit één thema de symfonie te schrijven'. Het was vóór alles het psychisch verloop dat naar mijn mening de eenheid moest vormen. De lyriek voert de boventoon en de enkele dramatische ontladingen die er zijn accentueren dit slechts. Er is echter één moment waar de dramatiek de overhand neemt, namelijk daar waar het 'alla danza' (aanvankelijk scherzando-achtig door klarinet, tamboerijn, piano en pizzicato-strijkers
begonnen) een meer demonisch karakter krijgt en er een uitbarsting volgt, die bedoeld is als 'nu valt alles in scherven'. Voornamelijk piano en slagwerk treden daar op de voorgrond. Niet lang daarna volgt het Andante. Het slot van de symfonie is, evenals het begin, pianissimo gespeeld. Doch terwijl in het begin een - als vanuit de verte opgeroepen - verwachting leeft, is daarentegen in het slot een gebrokenheid te vernemen die doet vermoeden dat de bovengenoemde dramatische explosie toch meer heeft aangericht dan aanvankelijk wel leek. Voor de luisteraar, die graag enig houvast door middel van een vormschema heeft, het volgende: de symfonie begint met een langzame inleiding, waarna een hoofdvormgedeelte volgt (inzet: melodie door de trompet), waarvan de doorwerking onder andere de aanduidingen più mosso, alla danza en andante heeft. Aan het eind van de zogenaamde reprise, nadat het tweede thema tot een hoogtepunt voerde, zet de inleidingsmelodie - nu als naspel - fortissimo in, die
diminuerende tot uiterst pianissimo de symfonie tot een eind voert. - ROBERT HEPPENER