gerelateerde werken
L'autunno di Christina : Dramatic scene for soprano and large ensemble / Klas Torstensson
	
			Genre: 
		
		Vocaal
	
			Subgenre: 
		
		Zangstem en groot ensemble
	
			Bezetting: 
		
		sopr-solo fl/picc ob/eh cl-cl-b fg tpt h trb-t/trb-b pf 2perc 2vn vla vc db
	
en al luisterend... : voor kamerorkest, 1996 / Eric Verbugt
	
			Genre: 
		
		Orkest
	
			Subgenre: 
		
		Groot ensemble (12 of meer spelers)
	
			Bezetting: 
		
		1111 1110 2perc hp pf 2vl vla vc cb
	
Crawling up the wall : for instrumental ensemble / Huib Emmer
	
			Genre: 
		
		Orkest
	
			Subgenre: 
		
		Groot ensemble (12 of meer spelers)
	
			Bezetting: 
		
		fl ob cl fg h tpt trb tb perc hp pf 2vl vla vc cb
	
Draaidans : opus 75, voor blazers, slagwerk, piano en contrabas, 1962 / Lex van Delden
	
			Genre: 
		
		Orkest
	
			Subgenre: 
		
		Groot ensemble (12 of meer spelers)
	
			Bezetting: 
		
		0000 5sax 0431 perc xyl pf cb
	
compositie
				Järn : 1982, revised version 1987, winds-piano-double bass / Klas Torstensson
			
					
										Overige auteurs:
									
									
									Torstensson, Klas
									(Componist)
								
							
							Toelichting:
						
						
						Program note (Dutch): Toen Järn (Zweeds voor 'ijzer') bij het 10-jarig jubileum van Orkest De Volharding in 1982 voor het eerst zou worden uitgevoerd, werd na enige aarzelingen besloten het stuk door de componist te laten dirigeren; voor De Volharding een nogal radicale stap. Gelukkig herhaalt de geschiedenis zich maar zelden: zo bleek bijvoorbeeld mijn Spåra voor Hoketus (1984) - waarbij óók een dirigent nodig was - het laatste stuk te zijn dat door dit ensemble op het repertoire werd genomen. Hoketus besloot kort hierna zichzelf op te heffen. Het stuk werd een sluitstuk: "tot hier maar niet verder...". Bij Orkest De Volharding heeft het anders uitgepakt: al stond Järn in het begin op nogal gespannen voet met de rest van het repertoire, na tien jaar is te horen dat de muziek inmiddels hún muziek is geworden. Dit is te merken aan de vrijheid in interpretatie en vooral in het door het stuk 'uitgelokte' zeer directe en lichamelijke spel. Järn gaat in wezen over arbeidsverdeling: in het eerste deel worden
de kollektieve aktiviteiten op gang gebracht door een kleine groep, in het tweede deel wordt een kontinue en organiese muziek geproduceerd door steeds wisselende groepen, terwijl het derde deel gedomineerd wordt door één uniforme en agressieve muzikale laag. - KLAS TORSTENSSON