gerelateerde werken
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Vrouwenkoor
Bezetting:
VK4
Night Stories : for piano / Meliha Doğuduyal
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Piano
Bezetting:
pf
Growing Silence : for piano / Kris Oelbrandt
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Piano
Bezetting:
pf
Toccare : for soundtracks and piano / visualized by Paul van Reeuwijk, by Ton Bruynèl
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Piano; Elektronica met verschillende instrumenten; Piano met multimedia
Bezetting:
pf tape
compositie
Apparitions : pour piano, 1990 / Carlos Micháns
Overige auteurs:
Micháns, Carlos
(Componist)
Bevat:
Allegro inquieto
Molto calmo e intimo
Allegro strepitoso
Largo elegiaco
Alla burlesca
Toelichting:
Program note (Dutch): (Première: 26-5-1991 - Vredenburg, Utrecht - Ronald Brautigam, piano). Het is misschien niet toevallig dat ik voor de tweede keer de naam 'Apparitions' (Verschijningen) aan een uit meerdere delen bestaande compositie geef. Toch is er een belangrijk verschil tussen de twee werken die deze titel dragen. De eerste Apparitions, een driedelig cyclus voor gemengd koor a cappella, gecomponeerd in 1977, werden genoemd naar de gelijknamige gedichten van Henri Michaux, en probeerden dus aan de inhoud van de woorden een muzikale dimensie te geven. De Apparitions pour piano hebben daarentegen geen literaire banden, en laten zowel de pianist als de luisteraar vrij om hen van een betekenis of beeld te voorzien, of juist niet. Het zijn pure muzikale 'verschijningen', waar tempo, dynamiek en structuur als min of meer karakterbepalende elementen fungeren. Vrijwel alle vijf stukken zijn cyclisch gestructureerd. Akkoorden, kernmotieven en groepen van motieven worden gepresenteerd en vervolgens op
verschillende wijzen gemanipuleerd, om tegen het einde terug te worden geroepen, zij het, in quasi-oorspronkelijke vorm of als korte citaten. Elke maat draagt aan de grondmotieven iets bij, alsof het onmogelijk zou zijn om hen intact of onveranderd te laten. Er is geen gepredetermineerde samenhang tussen de vijf delen waaruit Apparitions bestaat. Elk stuk is vrijwel zelfstandig, begint en eindigt op zichzelf. Toch kan er een lijn door het hele werk getrokken worden, als een onzichtbare draad die de anders losse kralen van een halsketting bij elkaar houdt. Meer dan relatie is er sprake van 'correspondentie' tussen de stukken, die bepaald wordt door terugkerende intervallen, korte cel-achtige motieven, accenten, contrasten van tempo en dynamiek. - CARLOS MICHÁNS