gerelateerde werken
Divertimento facile : voor orkest, gecomponeerd in het jaar 1957 / door Bertus van Lier
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
2222 2200 timp perc str
Mythos : per 9 strumenti e mezzo/soprano, februari 1963 / Jan van Vlijmen
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en instrument(en)
Bezetting:
sopr-m fl ob cl fg h 2vl vla vc
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en instrument(en)
Bezetting:
high el.org
5 Bergerettes : voor sopraan en ensemble / Piet Kingma
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en instrument(en)
Bezetting:
sopr fl ob vl vla vc pf
compositie
Drie oud-Perzische kwatrijnen : voor sopraan, oboe d'amore, altfluit en piano, (1956) / [tekst] (P.C. Boutens), Bertus van Lier
Overige auteurs:
Boutens, P.C.
(Tekstdichter/librettist)
Lier, Bertus van
(Componist)
Toelichting:
Program note (Dutch): (Première: 29-10-1957 - Maria van Dongen, Everard van Royen, Haakon Stotijn en Luctor Ponse). Zoekende naar teksten vond ik deze kwatrijnen van P.C. Boutens, die door inhoud en expressie voor mij verwant waren aan mijn Hooglied-compositie. In de verstrekte opdracht stond omschreven, dat de te componeren liederen met pianobegeleiding en één of meer obligaat-instrumenten naar keuzen zouden moeten zijn. Door de teksten dezer Kwatrijnen en de aansluiting die zij voor mij vormden met betekenissen in Het Hooglied, kon ik aan de medewerking van blaasinstrumenten, juist in dit geval, een bijzondere motivering geven. De door een sopraanstem met begeleiding van piano gezongen teksten vormen in deze liederen, zou men kunnen zeggen, de uiting van gedachten - beschouwing en overpeinzing - rondom een dialoog of samenzang, welke - op de achtergrond of, zo ge wilt, op de voorgrond - plaats vindt tussen De Herder (oboe d'amore) en De Ziel (altfluit). Denkende aan een herdersschalmei zal men zich
gemakkelijk kunnen verenigen met mijn keuze van de oboe d'amore als symbool van de Herder. En luisterende naar de klank van de altfluit zal men mogelijk zich herinneren wat Arkel zingt in Debussy's 'Pelléas et Mélisande': 'L'âme humaine est très silencieuse.' De drie kwatrijnen zijn niet door onderbrekingen van elkaar gescheiden, maar juist verbonden door instrumentale tussenspelen. De muzikale verbanden, die de eenheid der compositie bepaalden, kunnen, mag ik hopen, voor zichzelf spreken of zullen - op den duur althans - duidelijk zijn voor wie ermee vertrouwd raakt. Ik geloof niet dat nadere toelichting daartoe thans dienstig is. - BERTUS VAN LIER