gerelateerde werken
Le gibet : for baritone, instruments and live-electronic / words by Aloysius Bertrand, Will Eisma
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en instrument(en); Zangstem(men) en multimedia met of zonder instrument(en)
Bezetting:
bar fl(pic) ob(eh) cl(cl-b) perc pf vl vc electronics
Concert : voor viool met begeleiding van orkest / Sem Dresden
Genre:
Orkest
Subgenre:
Viool en orkest
Bezetting:
2122 0301 timp 2perc xyl 8cb vl-solo
Concerto : per violino e orchestra, 1974, revisione 2003 / John Borstlap
Genre:
Orkest
Subgenre:
Viool en orkest
Bezetting:
2323 3220 timp pf str vl-solo
IIe concerto : pour violon et orchestre, op. 38 / Luctor Ponse
Genre:
Orkest
Subgenre:
Viool en orkest
Bezetting:
2343 4441 3perc cel vibr xyl 2hp pf str vl-solo
compositie
Concerto : per 2 violini e orchestra / Will Eisma
Overige auteurs:
Eisma, Will
(Componist)
Bevat:
Molto moderato
Vivace
Toelichting:
Program note (Dutch): (Première: 27-6-1963 - Utrecht - Jeanne en Bouw Lemkes, Utrechts Stedelijk Orkest o.l.v. Frits Knol). Dit werk was voor mij een drieledig experiment: a. Een onderzoek van het begrip solo-concert in de hedendaagse muziek. Heeft een solo-concert nog zin in een tijd waarin iedere vertolker zodanige problemen krijgt voorgeschoteld, dat men gerust elk orkestlid een solist mag noemen? Komt het wezen van een viool niet in botsing met de aard en techniek van de hedendaagse compositiemethoden? Is er bij het publiek nog belangstelling voor een solo-concert? b. De beheersing van een uitgebreide instrumentale vorm. De seriële schrijfwijze is moeilijk in overeenstemming te brengen met de sonate- en de rondovorm, omdat deze gebaseerd zijn op het ontwikkelen en uitwerken van een motief of een thema. De variatie daarentegen is zeer geschikt voor deze techniek. Ook kan de vorm bepaald worden door getalsverhoudingen, die afgeleid zijn van de aan het werk ten grondslag liggende twaalftoonsrij.
Deze en andere oorzaken hebben ertoe geleid dat de seriële componist is gaan streven naar een meer beknopte wijze van uitdrukken, waardoor vaak werken zijn ontstaan, die zeer geconcentreerd zijn, zoals enkele werken van Anton Webern. Deze geconcentreerde vorm bevredigt echter weinig of niet bij een concert voor een solo-instrument, waarmee de noodzaak dit probleem op te lossen zich voordeed. c. De klankverhouding van de solo-instrumenten tot groot orkest, waarin blaasinstrumenten en slagwerk sterk bezet zijn. In het orkest zijn de violen, fluiten en klarinetten weggelaten. Daarvoor in de plaats zijn twee saxofoons gekomen. De rol van de solisten is niet meer die van het klassieke en romantische concert, de solostemmen zijn vaak verweven met het orkestrale geheel. - WILL EISMA