gerelateerde werken
Forbidden Music Regained : Volume 5
Genre:
Onbekend
Wind, voice and verse : for baritone solo, mixed choir and brass band, 1983 / Kees Schoonenbeek
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Gemengd koor en HaFaBra
Bezetting:
bar GK4 0000 3032 4crt bug 2barh euph 3perc
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Gemengd koor en HaFaBra
De laatste grote vakantie : gemengd koor en fanfare-orkest, 1978 / Dirk Dekker
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Gemengd koor en HaFaBra
Bezetting:
GK4 0000 5sax 1234 3bug 2crt altoh barh perc
compositie
Ballade : voor gemengd koor en harmonieorkest, opus 71 / (tekst van J. Slauerhoff), Geza Frid
Overige auteurs:
Slauerhoff, Jan
(Tekstdichter/librettist)
Frid, Géza
(Componist)
Toelichting:
Program note (Dutch): Als tekst koos ik het wrede gedicht van J. Slauerhoff Piraten, dat met zijn dramatische spanning gelegenheid bood voor menige vocale en instrumentale afwisseling en kleurschakering.
Evenals in mijn andere recente composities maak ik hier gebruik van de nieuwere ontwikkeling der scheppende toonkunst, te weten het streven naar a-tonaliteit. De twaalf tonen der chromatische toonladder zijn in dit werk dan ook, zowel melodiek als in de harmonie, tegelijk of in een serie bijna altijd aanwezig, hetzij volgens het dodecafonisch principe, of nog meer door het gebruik van de 'modus lascivus', een componeermethode van de Amerikaanse componist Tibor Serly, die de twaalf tonen in twee series, hoofd- en bijtonen verdeelt en deze zodanig juxtaponeert. De tonaliteit geef ik echter niet geheel prijs en mijn verbondenheid met de traditie evenmin, hetgeen tot uiting komt in motivische herhalingen uit het thematisch materiaal.
De ontstaansgeschiedenis van de Ballade is zeer avontuurlijk en bewogen. In augustus begon ik de notatie van de partituur in mijn huis in Amsterdam. Een vacantiereis in Israël en Zwitserland onderbrak tijdelijk de dagelijkse arbeid, doch ook in die landen ging het werk met tussenpauzen door. Terug in Amsterdam nam ik de arbeid weer zeer intensief op, om deze gedurende een concertreis in Suriname, Venezuela en de Antillen in de maand oktober voort te zetten. Tenslotte was het eind oktober in New York, dat ik de laatste bladzij van de partituur opschreef.
Een werk dus dat in drie continenten is ontstaan, wat hopelijk geen nadelige invloed op de homogeniteit van de stijl heeft uitgeoefend. - GÉZA FRID (nov. 1965)