gerelateerde werken
24 capriccio's voor viool solo
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Viool
Bezetting:
vl
4 Kleine meisjes : opera / Chiel Meijering
Genre:
Opera, muziektheater
Subgenre:
Opera
Requiem : for tenor, actor and ensemble; opus 37 / Micha Hamel
Genre:
Opera, muziektheater
Subgenre:
Opera
Bezetting:
ten pf fl(picc) bfl(shakuhachi) sax-s(sax-a) trb(tb) vl kemence perc 2hp org
Place Grimaldi : Opera / Hans Lachman; words by Prof. dr. H. Freudenthal
Genre:
Opera, muziektheater
Subgenre:
Opera
Bezetting:
sopr mezzosopr ten bar bas-bar SATB 2fl 2ob 2cl 2bn 4h 3tr 3tb perc hp str
compositie
Dummies : -opera-, (1974) / muziek: Otto Ketting, text: Bert Schierbeek
Overige auteurs:
Schierbeek, Bert
(Tekstdichter/librettist)
Ketting, Otto
(Componist)
Toelichting:
Program note (Dutch): [Première: 14 november 1974 - Den Haag - Anne Haenen, Marius van Altena, Richard Barrett, Nederlands Blazers Ensemble o.l.v. Otto Ketting (Studio Scarabee en Nederlandse Opera Stchting)] - De bekendste vorm waarin zich een dummy manifesteert is die van een prachtboek waarvan men zich ver vóór de verschijning bij intekening kan verzekeren. Een veel-kleuren-band, een paar pagina's tekst en verder slechts lege bladzijden. Een bijna leeg boek, een model. Maar dummy is ook een ledepop, de blinde in het kaartspel, een stroman. Deze begrippen dekken zowel de vorm als de inhoud van Dummies. Dummies is geen in scène gebracht muziekdrama en evenmin een theaterstuk waarbij later muziek is geschreven. Alle elementen werden simultaan ontworpen en zijn niet van elkaar te scheiden. Plaats van handeling is een ontmythologiseerde kijkkast - toneelconstructie, kabels, schermen, machinerieën, trucdozen, inspeciënten, musici blijven duidelijk zichtbaar zodat het publiek voortdurend achter de schermen
kijkt. Dummies gaat over het manipuleren en manipulatie, maar ook de vorm waarin Dummies gegoten is is een zichtbaar geworden manipulatie. De spelers blijven leeg maar invulbaar: bij elke scènewisseling wisselen zij mee van identiteit. Niemand speelt een eigen rol - een zanger wordt soms een beeldend object, een object wordt hoofdrolspeler, film wordt van achtergrond tot hoofdzaak, de speler wordt deel van de projectie of gaat erin op. Een bewust beperkte bezetting: 3 zangers, 2 tapdancers, 5 spelers, 9 musici. Maar toch een maximale monumentaliteit in beeld en geluid. Er wordt minder in gezongen dan in de meeste andere opera's, maar dit benadrukt veelal de aangename 'onnatuurlijkheid', de gestyleerde dubbelzinnigheid van het zingen, dat zoals alle verdere handelingen nooit 'echt' wordt maar altijd een soort rituele, theatrale handeling blijft - zoals het hele stuk bestaat uit duidelijk gestructureerde handelingen die onderling wel verschuiven maar uiteindelijk toch steeds variaties
in één groter geheel vormen. - OTTO KETTING