gerelateerde werken

Mexitli : opus 1, voor gemengd koor en instrumentaal ensemble, 1981/82 r / tekst: Theun de Vries, Gerda Geertens

Genre: Vocaal
Subgenre: Gemengd koor en instrumenten
Bezetting: GK4 cl-b sax-s 2trp 2trb 3perc pf

Psalm 23 : opus 41, voor gemengd koor en orgel (harp, piano), 1990 / Wim Brandse

Genre: Vocaal
Subgenre: Gemengd koor en orgel; Gemengd koor en piano; Gemengd koor en instrumenten
Bezetting: GK6 org/hp/pf

Drie canzonetta's : voor gemengd koor en vier houtblazers, 1986 / op teksten van Frans de Clerq, Antoon Maessen

Genre: Vocaal
Subgenre: Gemengd koor en instrumenten
Bezetting: GK4 fl ob cl fg

Silent noon : opus 27, voor 6-stemmig gemengd koor en strijksextet, 1991 / teksten van Lord Tennyson en Dante Gabriel Rossetti, Huub Kerstens

Genre: Vocaal
Subgenre: Gemengd koor en instrumenten; Gemengd koor en orkest
Bezetting: GK6 2vl 2vla 2vc / GK6 str(vl vla vc)

compositie

Mexitli : opus 1, voor gemengd koor en instrumentaal ensemble, 1981/82 r / tekst: Theun de Vries, Gerda Geertens

Overige auteurs:
Vries, Theun de (Tekstdichter/librettist)
Geertens, Gerda (Componist)
Toelichting:
Program note (Dutch): De compositie Mexitli is ontstaan vanuit de behoefte om een bijdrage te leveren aan de linkse strijdcultuur in de vorm van een muziekwerk in eigentijds idioom. Daarbij ging ik ervan uit dat het uitvoerbaar zou moeten zijn, tenminste wat betreft het koorgedeelte, door amateurs. Als concreet voorbeeld stond voor mij het Gronings 4-mei project model.
Bij toeval vond ik het gedicht Mexitl alias Huitzilopochtl van Theun de Vries dat met zijn inhoud op een heel eigen ma\-nier aansloot bij de discussie in de vredesbe\-weging, waar ik mezelf de laatste tijd bijzonder sterk bij betrokken voelde, zodat ik het als uitgangspunt koos voor de compositie.
De vier strofen waaruit het gedicht bestaat, hebben ieder een eigen muzikale inhoud gekregen. De eerste strofe heeft ritme als muzikaal onderwerp. Het koor is gedurende dit hele gedeelte alleen te horen als spreekkoor. De meeste begeleiende instrumenten worden hier al geïntroduceerd; achtereenvolgens slagwerk, basklarinet als solo-instrument, piano en de twee trompetten en twee trombones.
De tweede strofe heeft als muzikaal onderwerp melodie. Het koor klinkt hier grotendeels unisono en de koperblazers hebben de belangrijkste begeleidende functie. In een instrumentaal overgangsgedeelte wordt het tweede solo-instrument: de sopraansaxofoon geïntroduceerd.
Dan volgt de gezongen derde strofe, waar in de vrouwenstemmen polyfonie als muzikaal onderwerp naar voren komt, die ten slotte plaats maakt voor een meer harmonisch onderwerp van de vierde strofe, waarin de beide solo-instrumenten basklarinet en sopraansaxofoon gezamenlijk optreden en de koperblazers weer een belangrijke begeleidende functie hebben. - GERDA GEERTENS