gerelateerde werken
St. Mark Passion : for soloists, male choir, orchestra and soundtrack / Henk Badings
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Mannenkoor en orkest
Bezetting:
recit high ten bar bas 2MK4 2222 3330 timp 2perc cel str soundtrack
Sinfonia concertante : violino, violoncello, orchestra, 1976 / Hans Kox
Genre:
Orkest
Subgenre:
Twee of meer verschillende solo-instrumenten en orkest
Bezetting:
2002 0220 timp str vl-vc-solo
Six concertos, opus II / edited by Robert L. Tusler, Willem de Fesch
Genre:
Orkest
Subgenre:
Strijkorkest; Twee of meer verschillende solo-instrumenten en orkest; Viool en strijkorkest
Bezetting:
str bc 2vl-vc-solo / str bc vl-solo / str bc 2vl-vla-vc-solo / str bc 2vl-2vla-solo
Symphonie concertante : voor fluit, hobo, clarinet, fagot, hoorn en orkest / H. Lachman
Genre:
Orkest
Subgenre:
Twee of meer verschillende solo-instrumenten en orkest
Bezetting:
1021 2330 timp perc str fl-ob-cl-fg-h-solo
compositie
Concerto : for violin, viola and orchestra, (1965) / Henk Badings
Overige auteurs:
Badings, Henk
(Componist)
Bevat:
Lento-Allegro
Adagio-Moderato
Toelichting:
Program note (Dutch): Het concert voor viool, altviool en orkest heeft twee delen. Het Lento is een inleiding, met vage contouren, een ongewoon wisselend ritmisch motief en enkele eveneens vage dubbelgreep-duetten van de twee solo-instrumenten. De gehele inleiding beperkt zich tot uiterst zachte dynamische nuances. Een cadens van de twee soli voert naar het hoofddeel: Allegro. Het eerste thema hiervan is een dialoog tussen orkest en soli, waarbij het orkest met korte heftige accenten en een basthema, de solisten met snelle motieven deelneemt. Het hierin voorkomende ritme van 3 + 3 + 2 speelt ook in de volgende episode een rol, waar de altsolo een tweede thema brengt met begeleiding van 2 trommels. Het thema wordt in het orkest overgenomen en polyfoon verwerkt, omspeeld door briljante passages van de soli. Na deze verwerking verschijnt een breed-gezongen, lyrisch, derde thema in de soloviool met imitaties in de alt. Heftige accenten in de soli luiden een grote cadens in, die naar een terugkeer van de
drie thema's leidt. De thema's zijn getransformeerd, het tweede en derde worden als één polymelodisch geheel door de twee soli gespeeld. In contrast met het heftige, beweeglijke Allegro is het volgende Adagio verstild en doordrongen van melancholie. Het zangerige eerste thema wordt door de groep der eerste violen voorgedragen. De solo-alt brengt het tweede eveneens cantabile thema. Hierin komen ritmische flageoletmotieven voor, die de donkere melodie doorbreken. Het eerste thema keert gewijzigd in het orkest terug en, na een begeleide cadens, ook het tweede thema, gevarieerd en imitatorisch verdeeld over de twee soli. Stijgende akkoordreeksen leiden naar het laatste onderdeel Moderato. Dit tempovoorschrift geldt voor het orkest, de solisten spelen snel voortwervelende triolenfiguren. Daarentegen zijn ritmische motieven en melodieflarden van vorige onderdelen te herkennen in het orkest. Geleidelijk vervaagt zich het gehele klankbeeld. - HENK BADINGS