gerelateerde werken
Fusion à six : symphonic music for string quartet, bass clarinet and piano, 1980 / Joep Straesser
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Blaas en strijk en toetsinstrument(en)
Bezetting:
cl-b 2vl vla vc pf
Sonatina no. 14 : per pianoforte / Jan van Dijk
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Piano
Bezetting:
pf
Die drie boexkens van een magistercken : 3 kleine preludes voor piano, opus 60 / Léon Orthel
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Piano
Bezetting:
pf
Les adieux : for piano / Ton de Leeuw
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Piano
Bezetting:
pf
compositie
Briefings : 12 preludes for piano, 1996 / Joep Straesser
Overige auteurs:
Straesser, Joep
(Componist)
Bevat:
Allegro molto, nervoso
Con moto
Allegro e maestoso
Larghetto
Allegretto
Poco allegro ma con fuoco
Allegro
Poco adagio (Jos Kunst in memoriam)
Largo
Andante con moto
Allegro molto ed impetuoso
Presto giocoso
Toelichting:
Program note (Dutch): (Première: 12-5-1997 - Uilenburger Synagoge, Amsterdam - Frans van Ruth, piano).
Briefings maakt deel uit van een avondvullend kamermuziekproject met de titel Album; een aantal werken voor mezzosopraan, fluit, viool/altviool, cello en piano in verschillende combinaties.
De 12 preludes zijn onderverdeeld in drie groepen. De eerste groep bestaat uit de nummers 1 tot en met 4. In deze eerste vier preludes overheerst een sterk melodische schrijfwijze of horizontaliteit. Akkoorden zijn zo goed als afwezig. De tempi liggen tussen allegretto en allegro molto.
De tweede groep bestaat uit de nummers 5 tot en met 7. In deze groep, die begint met een In memoriam voor de in begin 1996 overleden componist Jos Kunst, overheerst verticaliteit. De expressiviteit van de muziek ontleent zijn werking voor een belangrijk deel aan harmonische kleuren. De tempi zijn vrij - tot zeer langzaam. De nummers 6 en 7 ontsnappen op hun beurt evenmin aan het sombere karakter van 5. Ze vormen er min of meer een commentaar op
In de resterende vijf preludes worden horizontaliteit en verticaliteit met elkaar gecombineerd. In nummer 8 lijkt de horizontaliteit uit de eerste groep weer zo goed als hersteld. Maar geleidelijk aan blijkt de verticaliteit toch weer de overhand te krijgen. Dit proces culmineert in nummer 11, waarin kleur en (ritmische) werking van akkoorden weer van eminent belang zijn. Dat uiteindelijk geen van beide aspecten de overhand krijgt, bewijst nummer 12, dat als coda fungeert. Het stuk gunt ons een korte blik in een wereld van verstilling waar horizontaliteit en verticaliteit schijnen te zijn opgeheven. De tijd staat bijna stil!
Het werk als geheel kan worden opgevat als een kleine en bescheiden hommage aan de grote meester van het korte romantische pianostuk: Frédéric Chopin. - JOEP STRAESSER