gerelateerde werken
Arc III : La Flèche : for string quartet / Daan Manneke
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Strijkkwartet (2 violen, altviool, cello)
Bezetting:
2vl vla vc
Cyclofonie IV : voor altblokfluit en 9 strijkers / Hans Kox
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Blaas en strijkinstrument(en)
Bezetting:
rec-a 6vl 2vc cb
Devsirme : for saxophone quintet and string quintet, 2004 / Selim Dogru
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Blaas en strijkinstrument(en); Elektronica met verschillende instrumenten; Blaas en strijkinstrument(en) met multimedia
Bezetting:
4sax 2vl vla vc cb tape ad lib.
Octet : for 4 wind & 4 string instruments, 1986 / Ronald Ford
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Blaas en strijkinstrument(en)
Bezetting:
fl ob cl fg vl vla vc cb
compositie
Vijf schetsen : hobo, clarinet, fagot, viool, altviool, cello, 1951-'52 / Ton de Leeuw
Overige auteurs:
Leeuw, Ton de
(Componist)
Bevat:
Moderato
Andante tranquillo
Poco lento e cantabile
Comodo-quasi allegretto
Moderato ma non troppo
Toelichting:
Program note (Dutch): De titel Vijf schetsen wil niet zozeer aanduiden dat dit werk "schetsmatig" gecomponeerd zou zijn, als wel dat bij de compositie het accent kwam te liggen op de combinatiemogelijkheden der verschillende instrumentale klankkleuren. Mede daarom werd bewust gebruik gemaakt van kleine, elementaire vormen, waarin - door een eenvoudig spel van melodie en tegenmelodie - de timbres zo gunstig mogelijk tegenover elkaar uitgespeeld konden worden. Om dezelfde reden hebben de onderdelen verschillende bezettingen: 1. Moderato: alle instrumenten worden samengevoegd in een matige beweging, waarin af en toe een dansachtig ritme opduikt en weer verdwijnt. 2. Andante tranquillo: de strijkersklank overheerst. Tegenover de drie strijkinstrumenten steekt de klarinet als enig blaasinstrument solistisch af. 3. Poco lento: in dit deel is dit juist andersom: de viool mengt zich als strijkinstrument in het met arabesken versierde lijnenspel der drie blazers. 4. Comodo: beide partijen (hobo en fagot,
altviool en cello) zijn gelijkberechtigd en wedijveren met elkaar in een soort Scherzando, waarin gesyncopeerde ritmes de hoofdrol spelen. 5. Moderato ma non troppo: dit deel tenslotte heeft evenals het begindeel de volledige bezetting. Ook muzikaal zijn beide delen met elkaar verwant, waardoor deze compositie symmetrisch afgerond wordt. - TON DE LEEUW