componist
Om in zijn levensonderhoud te voorzien speelde Kees van Baaren jazz en begeleidde hij het Kabarett der Unmöglichen. Zijn grote inspirator toen was jazzpianist Fats Waller. Pianist Misha Mengelberg ...
gerelateerde werken
Suite : (1951), voor schoolorkest / Kees van Baaren
Genre:
Orkest
Subgenre:
Schoolorkest
Bezetting:
2010 0100 4perc pf4h (acc g ad lib.) str
Minimal Instruments : for an unlimited number of players / Rijndert van Woudenberg
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
2fl 2cl 2tpt 2trb 4gtr elec-b 3pf GK str
Soundscape of my time : for symphony orchestra / Reza Nakisa
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
2fl 2ob 2cl 2fg 2h 2trp trb 2timp perc str
1. Sinfonia jubilata : 1975, per orchestra / Jo van den Booren
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
4443 4431 timp 3perc hp str
compositie
Musica per orchestra : 1965-'66 / Kees van Baaren
Bevat:
Lento non troppo, doppio movimento
Sostenuto
Vivo
Toelichting:
Program note (Dutch): (Première: 18-5-1966 - Rotterdam - Rotterdams Philharmonisch Orkest o.l.v. Franz-Paul Decker) - Het werk bestaat uit drie delen die door korte 'Generalpausen' van elkaar gescheiden zijn. Evenals in zes eerder geschreven stukken (Muzikaal zelfportret, Variazioni per orchestra, 2° Quartetto per archi, Quintetto a fiati, Concerto per pianoforte e orchestra en Musica per campane) is bij het componeren uitgegaan van een twaalftoonreeks die alle intervallen binnen de afstand van het octaaf bevat en die identiek is met zijn eigen kreeftgang. (Met deze 'zevende' acht de componist de voorraad van voor hem bruikbare reeksen van deze speciale soort uitgeput). Het werk kenmerkt zich verder door een voortgezet streven naar vervolmaking van bepaalde, zich nog in een vroeg stadium van ontwikkeling bevindende aspecten van de seriële techniek, het aftasten (in deel 2) van nieuwe mogelijkheden voor een autonoom-melodische schrijfwijze, het naast elkaar plaatsen (in deel 3) van een aantal structuren
van zeer uiteenlopende aard, zonder gebruik te maken van een secundaire - dus bijvoorbeeld inleidende of verbindende - vormelementen, met de bedoeling om aan te tonen dat uit deze werkwijze zeer goed een gesloten vorm kan resulteren. In dit derde deel zijn het de volgende structuren: het eigenlijke 'vivo', een ritmisch levendig stuk met het variabele metrum 2/8--3/4-3/16--5/4-5/16--3/8--7/4-7/16--4/8--9/4; een fragment met een Latijns-Amerikaans dansritme dat per maat een halve tel achter loopt; twee zeer korte citaat-collages; een gevarieerde terugkeer van elementen uit deel 2; twee citaten uit eigen werk, het muzikaal zelfportret. Merkwaardigerwijze geven juist de twee citaat-collages, waarin binnen luttele seconden Wagner (3 keer), Johann Strauss (2 keer), Pijper (2 keer), Mendelssohn, von Suppé, Beethoven, Moussorgsky en Stravinsky om de hoek komen kijken, door hun tonale bindingen suggesties van dreigend deraillement. - KEES VAN BAAREN