gerelateerde werken
Abschied : symphonische Dichtung, für grosses Orchester, 1973 / Reinbert de Leeuw
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
2fl 2fl(pic) 4ob 4cl cl-b 2sax 8h 5trp 4trb 2tb-b timp perc 2hp pf str
Vrede - oorlog - vrede? : moto-perpetuo?, orkest, 1975 / Adriaan Bonsel
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
3333 sax-a 4331 5perc 2hp str
Divertimento : voor klein orkest / Adr. Bonsel
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
2222 2200 perc str
Le café de nuit : for orchestra / Jan-Peter de Graaff
Genre:
Orkest
Subgenre:
Orkest
Bezetting:
picc 2fl 2ob eh 2cl cl-b 4h 3tpt 2trb trb-b tb timp 3perc hp pf cel str
compositie
Abschied : symphonische Dichtung, für grosses Orchester, 1973 / Reinbert de Leeuw
Overige auteurs:
Leeuw, Reinbert de
(Componist)
Toelichting:
Program note (Dutch): [Première: 11-05-1974 - Rotterdams Philharmonisch Orkest o.l.v. Edo de Waart] - Abschied is een stuk waaraan ik meer dan drie jaar bezig ben geweest, maar het is iets dat ik altijd al eens had willen schrijven. Het is geschreven voor een gigantisch symfonieorkest met een volkomen conventionele bezetting, afgezien van piano en saxofoons die erin voorkomen. Verder ook geen eigenaardige behandeling van instrumenten of nieuwe technieken of zo. Het is wel een stuk dat voortdurend uit zijn voegen loopt, het is een permanent soort razernij. Als je de partituur ziet, die begint op pagina 1 en eindigt op pagina 82 en iedere bladzijde ziet zwart van de noten. Het moet in een buitengewoon hoog tempo gespeeld worden, alles is zeer compact. Dat zal het moeilijk uitvoerbaar maken: het is zeer virtuoos voor iedereen. De idee erachter is een beetje een literair idee, daarom heb ik het stuk dan ook een literaire titel gegeven, die verwijst naar de Duitse romantiek, de periode van de Symphonische
Dichtung. Dat is ook de ondertitel van het stuk. Het heeft ook die overdrevenheid, overdreven in expressie, overdreven in agressiviteit. Daar voor kies je dan ook een middel als een symfonie-orkest in de vorm zoals ik het hier gehanteerd heb, volkomen 19e eeuws, laat-romantisch, zonder dat er overigens laat-romantische middelen in voorkomen, op een te verwaarlozen onderdeel na. Het is bijna overal homoritmisch, het hele orkest tegelijkertijd, of twee groepen die tegenover elkaar zitten. Wat dat betreft is het een beetje Strawinskiaans, het refereert hier en daar aan de Sacre, als model. - REINBERT DE LEEUW