componist
Henk Badings is een van de grootste componisten van de twintigste eeuw, volgens musicoloog Leo Samama. Hij roemt hem als "een veelzijdig kunstenaar die ogenschijnlijk moeiteloos omschakelt van de ernstige ...
gerelateerde werken
Concerto : for viola and string orchestra, 1965 / Henk Badings
Genre:
Orkest
Subgenre:
Altviool en strijkorkest
Bezetting:
str vla-solo
Recueillement : pour chant et piano, 1947 / [texte] (Ch. Baudelaire), Kees van Baaren
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en piano
Bezetting:
sopr-m pf
Über den Bergen : for voice and piano / Sem Dresden; words by Karl Busse
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en piano
Bezetting:
zang pf
Vier miniaturen : (1961), voor (mezzo-)sopraan of tenor en piano / Johan Weegenhuise
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en piano
Bezetting:
sopr/sopr-m/ten pf
compositie
Fünf Rilke-Lieder : mittlere Stimme, Klavier, 1978 / Henk Badings
Overige auteurs:
Rilke, Rainer Maria
(tekstdichter/librettist)
Bevat:
Ernste Stunde
Herbst
Initiale
Mondnacht
Schluszstück
Toelichting:
Program note (Dutch): De 5 Rilke-Liederen van Henk Badings zijn ontstaan in 1924, maar eerst in 1978 van tekens voorzien in reinschrift overgebracht. De teksten, gekozen uit 'Das Buch der Bilder', zijn alle ernstig en melancholiek van stemming. 'Ernste Stunde' wordt gekarakteriseerd door een bitonaal gezette, zwaar voortschrijdende beweging. 'Herbst' heeft een licht beweeglijke begeleidingsformule met een dalende tendens in de toonfiguren. In de overwegend vrije tonaliteit tekent zich soms een octotonische structuur af. 'Initiale' heeft een begeleiding met langzaam stijgende en snel dalende toonfiguren, die in de volgorde van de intervallen een combinatie van hoge harmonischen suggereren. 'Mondnacht' wordt in de begeleiding gekenmerkt door het tegenover elkaar plaatsen van donkere en lichte harmonieën, waarbij eveneens op combinatie van hoge harmonischen gezinspeeld wordt, zo in het slotakkoord onder meer 2, 3, 4, 5, 7, 9, 12, 17, 23. 'Schlußstück' heeft een gehamerd voor- en naspel vol
slagklank-achtige toonverdichtingen en een elegisch middendeel, dat op het eerste lied teruggrijpt. Op enkele uitzonderingen na is de zangstem recitativisch behandeld, gebaseerd op de ritmiek van het woord. De melodische contour is elegisch van expressie. - HENK BADINGS