gerelateerde werken
Midare : for marimba, (1972) / Ton de Leeuw
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Slagwerk
Bezetting:
mar
Umbrae : for alto flute, bass flute and piano, 1992 / Klaas de Vries
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Houtblazersensemble en toetsinstrument
Bezetting:
fl-a fl-b pf
Trio : per oboe, clarinetto e pianoforte, 1952 / Henri Zagwijn
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Houtblazersensemble en toetsinstrument
Bezetting:
ob cl pf
Divertimento piccolo : pianoforte, flauto traverso [e] oboe, 1975 / Wim van Ligtenberg
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Houtblazersensemble en toetsinstrument
Bezetting:
fl ob pf
compositie
Trio : for flute (also alto flute and piccolo), bass clarinet (ad lib. also alto clarinet) and piano, 1990 / Ton de Leeuw
Overige auteurs:
Leeuw, Ton de
(Componist)
Bevat:
Con moto
Allant
Toelichting:
Program note (Dutch): Het eerste deel van het Trio opent met een duet voor beide blazers, die - ieder op eigen wijze - eenzelfde melodische lijn spelen. Iets later voegt de piano zich bij dit samenspel, waarin dezelfde melodische lijn nog tweemaal op verschillende wijzen tot klinken komt. Dan, na een korte pianosolo, zetten beide blazers in met een nieuw gegeven, nog steeds een nauwe eenheid vormend, maar nu ten opzichte van elkaar licht verschoven. Het is een klankspel van over elkaar vallende motieven in verschillende bewegingsgraden, dat uiteindelijk in een rustige beweging uitebt.
In het tweede en laatste deel manifesteert zich dezelfde tendens om samen als één veelkleurige eenheid op te treden. Maar de ritmische contrasten worden nu groter. Als basis klinkt in de piano een cyclisch gegeven dat eigenlijk het gehele deel beheerst, maar dat steeds weer onderbroken en overspoeld wordt door toenemend snelle buitelingen waaraan alle instrumenten deelnemen, om tenslotte weer in de rustige begincyclus terecht te komen.
In dit deel is het cyclische element direct hoorbaar gemaakt, maar in feite wordt het hele stuk door een cyclische beweging beheerst. Het werkt als het ware als een muzikale ademhaling waaraan alle temporele processen in de muziek zijn onderworpen. Dit is één van de aspecten van de z.g. verwijde modaliteit, die bepalend is geworden voor vrijwel alle werken van de componist sinds 1980. - TON DE LEEUW