gerelateerde werken
Pancabana : for twelve players, (1983/86) / Wim Laman
Genre:
Orkest
Subgenre:
Groot ensemble (12 of meer spelers)
Bezetting:
1111 1000 harm pf 2vl vla vc cb
Omaggio a Gesualdo : per violino e sei gruppi strumentali, 1971 / Jan van Vlijmen
Genre:
Orkest
Subgenre:
Viool en groot ensemble
Bezetting:
4344 4230 hp g 2vla 4vc cb vl-solo
Concert : voor viool met begeleiding van orkest, maart-mei 1936 / Sem Dresden
Genre:
Orkest
Subgenre:
Viool en groot ensemble
Bezetting:
2122 0301 timp 2perc xyl 8cb vl-solo
Possible Places : for violin solo and ensemble / Dmitri Kourliandski
Genre:
Orkest
Subgenre:
Viool en groot ensemble
Bezetting:
vl-solo fl-a fl-b eh cl-b cl-cb cfg 2tpt trb tb perc gt hp pf 2vn 2vla 2vc db
compositie
Syntagma : concerto for violin and small orchestra, 1989-1991 / Wim Laman
Overige auteurs:
Bach, Johann Sebastian
(Op een thema van)
Laman, Wim
(Componist)
Toelichting:
Program note (Dutch): (Première: 25-4-1991 - Concertgebouw, Amsterdam - Isabelle van Keulen met het Kon. Concertgebouworkest o.l.v. Riccardo Chailly). Syntagma heeft twee uitgangspunten: enerzijds de principes van tegenstelling en samenspel tussen solo-instrument en ensemble en anderzijds het begrip 'samenvoeging' (Grieks: syntagma); beide uitgangspunten beheersen al zo'n vier eeuwen het 'concerto' als compositievorm (...), Het muzikale materiaal ontstond op basis van enkele maten uit een minder bekend werk van J.S. Bach. Eén element hieruit wordt in het langzame deel van Syntagma uitvergroot tot een ostinato-motief in de strijkersgroep, dat de compositie geruime tijd domineert. Hiermee werden toonladders (modi) samengesteld van respectievelijk 6, 8 en 12 tonen - elk met hun eigen harmonische en melodische karakteristieken. Deze modi vormden met elkaar de sturingsprincipes die een wisselwerking tussen solist en ensemble tot stand brengen d.m.v. samenvoeging. In de compositie worden verschillende
muzieken gebruikt, die in de allereerste maten gepresenteerd worden - als een soort explosie in slow-motion. Gaandeweg worden deze muzieken opgesplitst in elementen, die op uiteenlopende manieren met elkaar samengevoegd of tegenover elkaar gesteld worden. Zo ontstond een opbouw, die afwisselend sterk gelaagd (heterogeen, complex) is, of rechtlijnig en homogeen. Uiteraard vervult de soloviool daarbij de hoofdrol - zij het niet als exponent van het traditionele virtuozendom. Maar tegelijkertijd kan ook het ensemble als geheel, of de afzonderlijke groepen daaruit, als solist optreden. - WIM LAMAN