gerelateerde werken
L'autunno di Christina : Dramatic scene for soprano and large ensemble / Klas Torstensson
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en groot ensemble
Bezetting:
sopr-solo fl/picc ob/eh cl-cl-b fg tpt h trb-t/trb-b pf 2perc 2vn vla vc db
Schumann’s Ghosts : for soprano ad lib. and ensemble / Luc Brewaeys
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en groot ensemble
Le parole : per soprano e piano/percussione, 1989-1991 / parole di Exsilio~, Willem Boogman
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en piano; Zangstem(men) en multimedia met of zonder instrument(en)
Bezetting:
sopr pf(perc) electronics
Stap verder : for female voice, tapdancer and big band / Vanessa Lann; text by Emma Lazarus
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en groot ensemble
Bezetting:
zang cl-b fg 2sax-a 2sax-t 5tpt 5trb tb 2perc pf tapdancer g-e g-b
compositie
Urban songs : soprano, large ensemble, computers / Klas Torstensson
Overige auteurs:
Torstensson, Klas
(Tekstdichter/librettist)
Torstensson, Klas
(Componist)
Toelichting:
Program note (Dutch): [Première: 25 februari 1993 - Centre Georges Pompidou, Parijs - Charlotte Riedijk, Ensemble InterContemporain o.l.v. David Robertson] - Als componist voel ik mij aangetrokken tot het schrijven van series - of 'families' - van composities om mij zodoende voor een langere periode te kunnen concentreren op een specifiek probleem of specifieke probleemstelling. Een voorbeeld hiervan is mijn triptiek Licks & Brains voor saxofoons en ensemble (1987-'88). In het geval van Urban Songs voor sopraan, groot ensemble en computers, is de 'familie' klein; behalve dit stuk is het enige andere 'familielid' een compositie voor sopraan solo, Urban Solo (eveneens geschreven voor Charlotte Riedijk). Het traditionele Libanese volkslied Abu Zeluf - zoals gezongen door de zangeres Dunya Yunis - zou misschien ook tot deze 'familie' kunnen worden gerekend; zowel Urban Solo als Urban Songs (eerste lied) zijn gedeeltelijk geïnspireerd door dit liedje. Het liedje wordt echter nooit geciteerd; we moeten
de overeenkomsten eerder zoeken in bepaalde soorten ornamentiek en in de gebezigde spraakklanken (ontdaan van hun oorspronkelijke semantische betekenis!). Is het eerste deel (lied) - in weerwil van de titel van de compositie - in bepaalde opzichten 'ruraal' te noemen, het tweede deel (lied) is uitgesproken 'urbaan' van karakter. Het refereert niet alleen aan een 'stedelijke' muziekstijl (het zal vast niemand ontgaan welke muziek er wordt bedoeld), maar ook de 'montage'-achtige structuur zou ondenkbaar zijn zonder stedelijke technologieën zoals bijvoorbeeld de samplingtechniek. - KLAS TORSTENSSON