gerelateerde werken
Genre:
Kamermuziek
Subgenre:
Piano
Bezetting:
pf
Because going nowhere takes a long time : for medium voice, flute and piano, 1967 / Rob du Bois
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en instrument(en)
Bezetting:
medium fl pf
Dark night : for bass-baritone and string quartet, 1988 / poem by Henk van Lunsen, Jan van Amerongen
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en instrument(en)
Bezetting:
bas-bar 2vl vla vc
Grass : version for violin, mezzo-soprano and piano / Man-Ching Yu Donald
Genre:
Vocaal
Subgenre:
Zangstem en instrument(en)
Bezetting:
vl m-sop pf
compositie
Mourning songs : 7 songs about death for mezzo-soprano and small ensemble, 1998 / on Ancient Greek texts, translated by Konstantinos Lardas, Joep Straesser
Overige auteurs:
Lardas, Konstantinos
(Tekstdichter/librettist)
Straesser, Joep
(Componist)
Toelichting:
Program note (Dutch): Voor deze liederen werden alle tot nu toe in Album (zie ook: Briefings, Fische, Duetto sinfonico, Romance, Fingerprints en Mourning songs) gebruikte instrumenten met de mezzosopraan samengevoegd. Dit ensemble werd nog uitgebreid met een klarinet. Hierdoor ontstond voor het laatste en grootste werk van Album een zeer uitgebalanceerd ensemble bestaande uit 2 houtblazers: fluit (piccolo) en klarinet, 2 strijkers: altviool en cello en de piano, die hier niet zozeer een begeleidende, maar veel meer een "klankverbindende" rol speelt. De zeven Mourning songs werden gekozen uit een indrukwekkende verzameling Griekse klaagliederen, door de eeuwen heen gezongen door klaagvrouwen bij de dood van hun zoons, dochters, echtgenoten, vrienden, vaders, moeders enz., die werd samengesteld door de Amerikaanse dichter/schrijver Konstantinos Lardas, zoon van Griekse emigranten en in zijn latere leven professor aan het New York's City College. Deze verzameling bestaat uit 1120 teksten, ingedeeld in 19
verschillende rubrieken. Een aantal van deze, oorspronkelijk alleen in mondelinge overlevering bestaande teksten, werd overgenomen uit eerdere publikaties; vele andere werden door Lardas zelf verzameld op zijn reizen door Griekenland in 1962, 1969 en 1974 en vertaald in het Engels. In zijn inleiding op het boek wijst Lardas mijns inziens zeer terecht op het zeer hoge poëtische niveau van deze teksten door een tekst van Sappho (6de eeuw voor Christus) te zetten naast de klacht van een moeder bij haar overleden zoon; een tekst dus van een groot dichteres naast een tekst uit het volk. Ik citeer:
Now, in the mist of night,
the moon, the Pleiades are set, -
and I, in this covetousness of time,
lie, all alone, alone.
Come see, come marvel on the sun's unleaping,
how morning star outglows and how it lights the world.
Come see, my hero, how the sun upleaps,
how dawning crowns the mountains, how the gorges shine.
Het moge duidelijk zijn dat een componist die een zo boeiende en vaak aangrijpende verzameling teksten op zijn pad vindt, de verleiding om er een aantal van op muziek te zetten niet zal kunnen weerstaan. Maar, het werk gedaan zijnde, moet ondergetekende achteraf wel toegeven dat, wat aanvankelijk de belofte scheen in te houden van een leien dakje te zullen gaan, bij nadere beschouwing en vooral bij het werk zelf, aanzienlijke moeilijkheden bleek op te leveren. Deze ontstonden vooral doordat in deze klaagliederen sprake bleek te zijn van een vaak oer-poëtische kracht, die was vorm gegeven in een uiterst eenvoudig taalgebruik. Ze zijn vaak zo "af", zo compleet en als literatuur al zo aangrijpend, dat je je als componist gaat afvragen wat daar, op muzikaal gebied, in 's hemelsnaam nog aan toe te voegen valt. Was het mogelijk er muziek bij te bedenken die ze niet alleen geheel en al in hun waarde liet, maar er bovendien nog een (muzikale) waarde aan toe kon voegen die ze nog aangrijpender
en ontroerender zou kunnen maken? Ook de muziek zelf zou aan de ene kant van een grote zeggingskracht en aan de andere kant van een zo groot mogelijke eenvoud moeten zijn. Compositorische "kunstigheden", muzikale "kwikjes en strikjes" zouden moeten worden vermeden en iedere noot zou absoluut "waar" moeten zijn en geheel in dienst moeten staan van deze prachtige en aangrijpende poëzie. - JOEP STRAESSER